Column: Samen zijn, door Hennie Bos
Op de dag dat een moeder van bewoners van Het Stempel 2 overleed draaide ik muziek op de galerij van Het Stempel 2. ‘Als je het lievelingslied van mijn moeder draait zou ik dat heel mooi vinden, ondanks het verdriet.’ Uiteraard moest ik wel drie keer denken voordat ik überhaupt wel zou draaien. Allemaal nummers op verzoek van de bewoners. Je zou kunnen zeggen troostmuziek. Het mooie was dat ook mensen van Stempel 1 zich aansloten bij gallery-music. Zelf had ik als ‘Charly Bos’ een dergelijke top 15 nooit samengesteld. Zo persoonlijk, zo van links naar rechts en zó ontroerend mooi. Het was een samen zijn met een lach en een traan.
‘Iedere dag krijgen we weer te horen hoeveel mensen zijn overleden. Kun je niet iets leuks schrijven in je column’ kreeg ik van een goede kennis als advies mee. ‘Nee, niet iets over mijn man. Die kijkt allerlei nietszeggende simpele Amerikaanse films op Netflix waar je niet wijzer van wordt’. Ik denk dat juist veel mensen ‘luchtiger onderwerpen zoeken’ om de verdrietige verhalen ook aan te kunnen.
Het is niet voor niets dat de aandelen Netflix stijgen. Op ieder moment dat je de tv aanzet hoor je het verdriet de kamer inkomen. Vandaar ook dat mensen allerlei andere dingen verzinnen, zoals elkaar foto’s uit de jeugd toesturen. Foto’s van toen ik ca. 9 was, heb ik niet. En als er al een foto werd genomen door een straatfotograaf in het Kostverloren, gingen mijn broertjes, zusjes en ik voor de tuin van onze buren staan.
In moeilijke tijden houden mensen zich ook wel meer bezig met filosoferen. Descartes was een van de belangrijkste moderne filosofen en zijn motto was ‘Ik denk dus ik ben’. Jaren terug heb ik een test gedaan en wat bleek: ik kwam in mijn denken dicht bij Michel de Montagne. Zijn hoofdmotto luidde: ‘Wat weet ik’? Ik weet wel één verschil: hij was zoon van én latere burgemeester van Bordeaux. Ik was zoon van een sigarenmaker van de Ritmeester. Sinds enige tijd duiden ‘Ritmeester neon-letters’ het pand waar veel Veenendalers en mensen uit de Betuwe hun zwaar verdiende geld wekelijks in de enveloppe terugvonden.
Voor dinsdagavond 7 april waren alle fracties uitgenodigd voor een online overleg om met elkaar te spreken over de zorgen die er zijn over de uitvoering van de door de raad vastgestelde minima-regelingen. Het is een informele en a-politiek overleg. Daar ben ik het wel mee eens. Niet over de hoofden van mensen heen gaan politiseren, die het al zo moeilijk hebben. Iedereen voelt de urgentie om andere mensen te helpen, zeker in deze moeilijke tijd. Het is wel veelgevraagd van politici om een a-politieke avond tegemoet te gaan.
Heer van de Wijnen, Govert Govers, vertelt mij een mooi verhaal van een dakloze meneer uit Amsterdam, waarvan hij pakweg 10 jaar geleden een foto-reportage heeft gemaakt. We vroegen ons af of én in hoeverre hij nog leefde? Hoe zou het dan met hem zijn? Ik stelde voor die meneer weer op te zoeken voor een nieuwe reportage. ‘Ik zou dan graag mee willen’. Govert zou er over nadenken. We bespreken de huidige omstandigheden en Govert zegt in woorden van gelijke strekking: ‘Laten we onszelf zijn en niet doen die we willen zijn’. Een betere afronding van ons gesprek kon ik niet bedenken.